“Mijn opleiding als Mirage-piloot heeft een belangrijke impact gehad op mijn leven en zal me bijblijven als een van mijn mooiste herinneringen.” Getekend: Filip, Koning der Belgen. Deze gevleugelde woorden schreef koning Filip in zijn voorwoord van het boek Mirage 5B. Het is precies 50 jaar geleden dat de Belgische Luchtmacht van start ging met de opleiding van piloten voor de Mirage 5 gevechtstoestellen. Het werd een opmerkelijk hechte gemeenschap. Dat mocht ook RateOne merken als we vijf van hen konden ontmoeten in de statige Club Prince Albert, hartje Brussel. Een korte geschiedenis van de eerste lichting piloten over hun scholing op het Mirage 5-toestel. Ze hadden hun opleiding voltooid als kandidaat-officier en als kandidaat-leerling-piloot van de Promotie 70C. Wie zijn ze en wat is er van hen geworden nadat ze de Belgische Luchtmacht hebben verlaten? Tijdens hun militaire basisopleiding groeide er alvast een stevige band. Ze volgden gezamenlijk scholing op Stampe & Vertongen SV4bis, Marchetti SF-260M en Fouga Magister, om uiteindelijk na drie jaar het brevet van militaire piloot te behalen na de voortgezette pilotenopleiding op een Lockheed T-33 Shooting Star. Met z’n zevenen waren ze. Vandaag zijn ze nog met vijf, twee van de zeven laureaten kwamen om bij een vliegtuigongeval. Ieder op zijn beurt brengt zijn verhaal.
50 jaar geleden, 15 december 1969. Ze waren mijn kamergenoten en het maakte niet uit of ze nu Nederlands- of Franstalig waren, samen deelden wij immers dezelfde ambitie om jachtpiloot te worden. Ze werden mijn kameraden en al vlug, tot op vandaag nog, zijn het mijn beste vrienden geworden. In het begin hadden we niets gemeen, tenzij ons met vereende krachten te verweren tegen de anciens die ons kwamen dopen.
Solo kunnen gaan op SV4bis vooraleer ook op Marchetti SF-260M gelost te worden, de strenge criteria brachten ons in een mum van tijd samen en zorgden er vooral voor dat wij elkaar hielpen om de eindstreep te halen. Het langverwachte hoogtepunt kwam eraan op 18 april 1972: het uitreiken van de vleugels van militair piloot. Een moment ook waarop de promotie wordt gesplitst. Ik kwam terecht op Mirage 5 waar ik al vrienden had als Steve (“Poly”), Dany, Guy, Christian en Jean-Claude. De laatste twee zijn ondertussen omgekomen. Wat René (“Chouchou”) betreft: snuggere geesten bij de luchtmacht ontdekten zijn talent als instructeur, later gaf hij opleiding aan leerling-piloten van de luchtmacht in Frankrijk. Zelf ben ik tot medio ‘75 op Mirage 5 blijven vliegen. Na rugklachten werd ik overgeplaatst naar Goetsenhoven waar ik op Marchetti-SF-260M instructeur werd. En dit tot eind 1984. Gedurende al die jaren heb ik met veel trots, eer en plezier de Luchtmacht en voor een deel ook België kunnen vertegenwoordigen als lid van acroteam The Swallows, samen met mijn beste vriend Dany Payeur, die ook instructeur was. Wat ‘n tijd! Daarna werd ik copiloot op Lockheed C-130 Hercules. Vervolgens boord-commandant, om mijn militaire carrière te beëindigen als grond- en vlieginstructeur, alsook tactische instructeur en instructeur op simulator. Net zoals in de politiek moest je het goed kunnen uitleggen om te overtuigen. Dit kon en deed ik ook en zo mocht ik de C-130 demonstreren tijdens Belgische en Europese vliegmeetings. Zoals de meesten onder ons ben ik op mijn 45ste met pensioen gegaan met het voornemen om niet meer te vliegen. Na vijf jaar van diverse activiteiten, waaronder twee jaar op de technische afdeling van Sabena, en vooral overtuigd door mijn vrienden van de Promotie 70C, ben ik terug in de boeken gedoken om mijn licentie als lijnpiloot te behalen. Ik vloog op Boeing 737 bij Citybird tot haar faillissement in 2001. Sindsdien en tot op vandaag, nu al 18 jaar, verblijf ik in Angola waar ik begon als grond- en vlieginstructeur op de Falcons van de Compagnie Pétrolière d’Angola (SonAir), samen met mijn andere goede vriend van de broederschap 70C: Guy Rasse. Sinds eind 2015 be-kleed ik dezelfde functies bij de presidentiële vloot met haar Bombardiers Global Express. Tot besluit kan ik enkel maar het gezegde “Uit het oog, uit het hart” tegenspreken. Ondanks mijn langdurige afwezigheid blijf ik mijn 70C-familie missen, zélfs na 50 jaar. En we zouden niet zijn wie we zijn zonder deze hechte vriendschap.
Ik startte bij de Luchtmacht in december 1969 en maak deel uit van de Promotie 70C. We vliegen op SV4bis, Marchetti SF 260M, Fouga Magister en T-33 vooraleer we onze vleugels krijgen in april 1972. Ik begon mijn carrière als piloot op Mirage 5 bij het 2de Smaldeel van Florennes. Na drie jaar vervoeg ik het 40ste Squadron in Koksijde. Ik vlieg er eerst met de Sikorsky S-58 helikopter. Daarna word ik geselecteerd om samen met drie andere piloten de opleiding tot instructeur op Sea King te volgen en dit op de basis Royal Naval Base Culdrose in Engeland. Twee jaar later ga ik aan de slag als instructeur op Marchetti SF 260M in Goetsenhoven. Daar maak ik ook drie jaar lang, samen met mijn vriend ‘Xav’, deel uit van The Swallows, de demo-patrouille op Marchetti. Wanneer de patrouille om budgettaire redenen wordt stopgezet, word ik in Brustem instructeur op Alpha Jet. Kort daarna vertrek ik voor vier jaar naar de Verenigde Staten als Northrop T-38 Talon-instructeur in het kader van het Euro-NAVO Joint Jet Pi-lot Training Program (ENJJPTP) bij de U.S. Air Force, Sheppard Air Force Base in Texas (VS).
Ik keer terug naar België als instructeur en examinator op Alpha Jet en Marchetti bij het Instructor Training and Evaluation Center in Brustem. Ik heb ook het voorrecht en de eer gehad om vier jaar lang de Belgische Luchtmacht te vertegenwoordigen als solo display pilot op Alpha Jet. In 1992 won ik de SuperKing Solo Jet Trophy in Boscombe Down (VK). Op 45-jarige leeftijd ging ik met pensioen bij de Luchtmacht, de start voor een nieu-we carrière in de burgerluchtvaart. Eerst als instructeur bij de NAVO-club en daarna als IFR-instructeur bij Aviasud in Luik. Vervolgens werd ik ingehuurd door DHL, waar ik drie jaar op Boeing 727 vloog. Daarna word ik commandant op de AVRO-toestellen bij Delta Air Transport, een dochtermaatschappij van Sabena, nu Brussels Airlines. Ik word er ongeveer negen maanden gedetacheerd om bij Royal Flight Bahrain de piloot van de emir te zijn. Bij Brussels Airlines ga ik na 42 jaar in de luchtvaart definitief met pensioen. Na 50 jaar staat onze Promotie 70C er nog steeds en blijven we onafscheidbaar.
Ik ben geboren in november 1950. In ‘66 schreef ik mij in bij de Royal Belgian Air Cadets en in juli 1968 behaalde ik mijn B-brevet zweefvliegen. In december 1969 ging ik bij de Luchtmacht en maakte ik deel uit van de Promotie 70C. Een promotie met veel verrassingen, zo zou al vlug blijken: wij gingen de laatste leerling-piloten worden op SV4bis en de eersten op Marchetti SF-260M. Op Fouga Magister hebben we de laatste Nederlandse collega’s leerlingpiloten uitgewuifd. Het samenwerkingakkoord tussen België en Nederland werd in dat jaar opgezegd. Vervolgens waren wij de eerste promotie die in België zijn opleiding kreeg op Lockheed T-33 Shooting Star in het 11de Smaldeel. Na het behalen van ons brevet op 18 april 1972 kregen de meesten van onze promotie een opleiding op Mirage 5B bij het 8° Smaldeel in Bierset. Na een kort verblijf in het 1° Smaldeel werd ik in april gemuteerd naar de 1ste Wing in Beauvechain voor een opleiding op F-104 Starfighter en nadien maakte ik deel uit van het 349ste smaldeel. In juli 1979 had ik meer dan 1.000 uren F-104 op de teller. Als laatste piloot nota bene, want de omscholing op F-16 zat eraan te komen. In september 1986 behaalde ik mijn kwalificatie als F-16-instructeur in het kader van de OCU. Ik werd zowel instructeur, testpiloot als Flight Safety Officer bij het Hoofdkwartier van de Tactische Luchtmacht (QG Comdt TAF).
Augustus 1991. Ik vier mijn 2.000 uren op F-16 en verlaat deze schitterende machine om in Geilenkirchen de omscholing op Boeing E-3A AWACS aan te vatten. Na meer dan 2.000 vlieguren op AWACS en 100 ondersteunende missies tijdens de Bosnische burgeroorlog, ga ik in december 1995 met pensioen. Verschillende luchtvaartmaatschappijen sluiten hun deuren, ik vertrek naar Bahrain waar ik in dienst treed bij Gulf Air. In april 2004 verleg ik mijn focus en verhuis ik naar Angola om er met Falcon 900EX EASy te gaan vliegen bij de Flight VIP van SonAir. In 2007 wordt de Flight VIP uitgerust met een Airbus A319 CJ VIP. Dat betekende voor mij terug op Airbus gaan vliegen, toestellen die voornamelijk China en Hongkong als thuisbasis hadden. De vipopdrachten laten mij toe zowel in Afrika, Azië, Europa als in Zuid-Amerika te vliegen en zelfs een aantal keren uitzonderlijk in Noord-Korea. Terug in België ga ik tot het einde van mijn carrière aan de slag bij Brussels Airlines op A320/319. Vandaag definitief op rust, vlieg ik als vrijetijdspiloot op Piper L-4J in Temploux.
Ik heb het voorrecht gehad om als een van de eersten mijn opleiding te voltooien op Mirage 5, onmiddellijk nadat ik mijn vleugels van militair piloot had gekregen. Daar-na vloog ik drie jaar als operationeel piloot tijdens meerdere NAVO en nationale oefeningen. Om familiale redenen ben ik overgegaan naar de 15de Wing Transport en Communicatie, waardoor ik met bijna alle types vliegtuigen kon vliegen. Levensechte operationele en humanitaire missies gaven me een brede praktische en theoretische achtergrond op het gebied van operationeel management. Na het nakomen van mijn contractuele verplichtingen verliet ik de Luchtmacht om de wereld van de burgerluchtvaart te ontdekken. Ruim zeven jaar ben ik luchttransportadviseur geweest bij de Europese Unie en meer specifiek bij ECHO (European Community Humanitarian Office). Gevestigd in Nairobi (Kenia) stond ik aan de wieg van het ECHO-Flight-concept dat humanitaire operaties, die gefinancierd worden door de Europese Unie, ondersteunt en dit vooral in Afrika. Dankzij mijn contacten bij de Luchtmacht en mijn functie bij de Europese Unie, ben ik erin geslaagd om de Hercules C-130-vliegtuigen in deze humanitaire operaties te integreren binnen een operationele omgeving en zodoende ook een positief beeld te creëren van de Belgische Luchtmachlanden (Pakistan en Afghanistan) en continentent. Tijdens de Rwanda-crisis, meer bepaald de genocide in april 1994, heb ik de Luchtmacht kunnen bijstaan. Als reserve-officier-vlieger ondersteunde ik de luchtoperaties bij de evacuatie van Kigali (Rwanda). Mijn activiteiten in de wereld van de luchtvaart brachten me ertoe niet alleen in Afrika (Congo, Angola, Somalië, Soedan, Kenia, Tanzania, Mali, enzovoort) te werken, maar ook in andere Ik ben ervan overtuigd dat ik dankzij de ervaring en de kwalificaties, die ik tijdens mijn loopbaan bij de Belgische Luchtmacht heb opgedaan, mijn dromen heb kunnen waarmaken.
Alles is voor ons begonnen in 1969 toen we deel uitmaakten van de Promotie 70C voor een opleiding van drie jaar. Na het behalen van mijn vleugels als militair piloot, in tegenstelling tot de andere piloten van onze promotie, werd ik tijdelijk gedetacheerd bij de Franse Luchtmacht voor een periode van twee jaar. Na de opleiding in Aulnat (Clermond-Ferrand) werd ik instructeur op Fouga Magister in Cognac. Daarna keerde ik terug naar België om in Sint-Truiden instructeur op Lockheed T-33 Shooting Star te worden. Na het vereiste aantal vlieguren werd ik omgeschoold op Lockheed F-104 Starfighter. Daarna werd ik overgeplaatst naar het 349ste Smaldeel. Na vier jaar Starfighter werd ik samen met mijn promotiekameraad Guy Rasse opgeleid tot F-16-piloot. We waren de twee eersten. Na een periode van drie jaar als Commanding Officer (CO) van de Operational Conversion Unit (OCU) F-16, Hoofdkwartier van de Tactische Luchtmacht (QG Comdt TAF), ging ik op Boeing 707 vliegen bij het Airborne Warning and Control System (AWACS) op de NATO-basis van het Duitse Geilenkirchen. Na zes jaar en ongeveer 200 zendingen boven ex-Joegoeslavië tijdens de Bosnische burgeroorlog koos ik voor Delta Air Transport (DAT) in Antwerpen om op Avro 85/100 te vliegen. Na het faillissement van Sabena begon ik op Boeing 737 te vliegen bij de luchtvaart-maatschappij Air One in Milaan-Linate. Vervolgens tien jaar bij Ryanair, waarvan zes in Charleroi. Na een loopbaan van 30 jaar als militair piloot en 15 jaar als lijnpiloot ben ik, welverdiend, met pensioen gegaan. Samenvattend kan ik stellen dat alle stadia van mijn loopbaan mij iets nieuws hebben bijgebracht, en telkens, en vooral voor een nieuwe uitdaging hebben gezorgd. Zeker mijn tijd als jachtpiloot op F-104 Starfighter en F-16 Fighting Falcon waren de meest verrijkende en de meest boeiende jaren van mijn carrière.